Het Lukte
Over vandaag kan ik kort zijn. Het lukte. We verloren geen motor, hadden genoeg benzine, hielden netjes stuurboord, lazen de vaarkaart, vonden de juiste boeien en vonden ’t Hooft. ’t Hooft, één van de drie langwerpige eilandjes boven Muiden, is onbewoond en bewaart een stukje van mijn tienerjaren. Ik was er altijd met bootjes van vrienden, ik was er 14, 16, 17 en 23, ik dronk er voor het eerst, rende over de zandpaden, voetbalde, zocht-spoor, tikkertjede, stookte er vuurtjes en kuste er mijn eerste vriendje.
Nu was ik er weer. Met Daan. En met een eigen boot. Bij het aanmeren kregen we hulp van Mike, een vriendelijke, goed doorbruinde, blowende man in niks dan een zwembroekje. Hij legde ons uit dat je je lijnen altijd onder die van een andere boot om de meerpaal legt en gaf ons nog zo wat nautische tips. Prima kerel. Hij was er met drie maten, een toren bierkratjes, wat campingmeubulair en een grote hond met een muilkorf. Grappig hoe dat werkt met muilkorven: je bent blij dat het beest er één om heeft, maar dat komt eigenlijk vooral omdat het beest er één om heeft.
We groetten het gezelschap aan de rand van de aanmeerpier en liepen het eiland op. We picknickten, voerden eierkoek aan eenden, werden gebeten door rode mieren en we redden een vogel die klem was komen te zitten, maar nog wel bleek te leven. Nadat we ‘m voorzichtig op een rots hadden gelegd met behulp van twee takjes – je weet immers nooit wat voor parasiterende ongein je allemaal kunt oplopen in De Natuur – keek hij ons argwanend aan en hipte weg de bosjes in. Joe, graag gedaan.
Nu ik dit schrijf hang ik even in te storten. Rozig en moe van de golven, maar blij dat ik er weer was. Volgende keer een weekend.